Alcoholisme: De meest voorkomende verslaving, maar waarom?
Laat me beginnen dat ik geen onderscheid maak tussen drugs en alcohol. Alcohol is voor mij een drug. Een drug die in bijna heel de wereld legaal is en vele levens kapot maakt. Het wordt er letterlijk met de paplepel ingegoten. Een vrijdagmiddagborrel op het werk, een wijntje bij het eten en een glaasje jenever als slaapmutsje. Het is enorm ingeburgerd in onze maatschappij.
Mijn eerste ervaring met alcohol was toen ik 13 jaar was. Dit voelde voor mij als thuiskomen. Het was liefde op het eerste gezicht. Ik was een onzeker jongetje dat moeilijk met zijn emoties en gevoelens kon omgaan. Mijn ouders lagen een jaar in scheiding, wat een hel voor me was en ik kon mijn plek op de middelbare school moeilijk vinden. Na het drinken van een aantal glazen veranderde ik in een zelfverzekerde jongen. Mijn problemen verdwenen naar de achtergrond en ik vond mezelf socialer, grappiger en gezelliger. Ook durfde ik met alcohol op meisjes aan te spreken. Een prima reden om het dus snel weer en meer te doen.
We vinden het allemaal heel normaal dat iemand drinkt. Sterker nog: als een vrouw een drankje op een verjaardag afslaat, vragen we meteen of ze zwanger is. Of als je als man niet drinkt tijdens een avondje uit met je vrienden ben je al snel een saaie lul. Doordat we zo gewend zijn aan alcoholgebruik, is de grens tussen wel en niet verslaafd zijn vaag. Niet iedereen raakt verslaafd aan alcohol. De reden waarom iemand wel verslaafd wordt en de ander niet heeft met veel factoren te maken. Het is iets dat in je genen kan zitten; als je familie verslavingsgevoelig is, heb je als kind grotere kans op latere leeftijd ook (alcohol)verslaafd te raken. Of giet je directe omgeving alcohol je met de paplepel in? Ook dat is een risico. Daarnaast zijn bijvoorbeeld stress en depressie van invloed op het ontstaan van een alcoholverslaving.
Het gevaar van de ziekte verslaving is dat we vaak doen alsof er niets aan de hand is. Het is de ziekte die zichzelf ontkent. Dat is dan ook direct het eerste symptoom: Het alcoholprobleem ontkennen. Alcohol was voor mij zo’n groot deel van mijn leven, dat ik nooit zou willen toegeven, dat ik het niet kon beheersen. Dit toegeven zou betekenen dat ik verslaafd was en dus nooit meer zou kunnen drinken. Dit laatste, nooit meer kunnen drinken, zou het allerergste betekenen. Dus die conclusie wou ik niet trekken. Mijn leven was erop aangepast om veel te kunnen drinken, voornamelijk omdat ik onaangepast was aan het leven. In die tijd had ik dit helemaal niet door, maar ik was meerdere dagen in de week compleet op de vlucht voor de realiteit. Ik dacht dat het de normaalste zaak van de wereld was. Als ik mijn roes had uitgeslapen, voelde ik mij eenzamer dan ooit tevoren. De gedachtes dat ik zwakzinnig was, kwamen steeds intenser binnen. Dat ik, als perfectionist en doorzetter, dit niet kon voelde als een gigantische nederlaag. Ik voelde me een totale loser en hierdoor was het grijpen naar de fles de makkelijkste weg. Geestelijk zwakzinnig voelde ik mij ook, als ik mijn familie weer moest vertellen over mijn escapades. Hun dachten ook dat het een kwestie van wilskracht was, gelukkig weten we nu beter.
Ik heb in mijn leven veel dingen geprobeerd om mijn drankgebruik te controleren. Periodes van zwaar geëscaleerde weekenden van asociaal gedrag zette dit vaak in gang. Ik gaf de sterke drank bijvoorbeeld op de schuld en nam mezelf voor om alleen nog maar bier te drinken. Ook wees ik met mijn vinger naar de Jenever, dit maakte mij gevaarlijk asociaal en dus stapte ik weer over naar de Beerenburg. Ook nam ik mezelf vaak voor om alleen nog maar in het weekend op feestjes te drinken. Op een gegeven moment besloot ik om alleen nog maar thuis te drinken, zodat niemand meer geconfronteerd werd met mijn asociale gedrag. En dit terwijl ik altijd als hardste riep dat op het moment dat ik in mijn eentje ga drinken, ik echt een probleem heb en verslaafd ben. Ik heb inspirerende boeken (geprobeerd) te lezen. Ik ben naar psychologen gegaan, omdat ik dacht dat hun mij konden fixen. De oplossing dacht ik te vinden in het meer sporten en met gezonde voeding bezig te zijn. Hoe vaak heb ik in mijn leven wel niet geprobeerd om het aantal glazen te beperken? En hoe vaak is me dit gelukt? Je raadt het al, ik had weinig succes met al deze methodes. Soms was er sprake van een kortstondige verbetering, altijd weer gevolgd door een drinkgelag.
Nu terugkijkend op mijn drink carrière kan ik concluderen dat ik NOOIT controle heb gehad. Op moment als ik begin met drinken treed er na het drinken van het eerste glas een allergie in werking. Ik wil meer hebben en kan niet of nauwelijks stoppen. Als ik in de kroeg een biertje in mijn handen had, was ik altijd bezig of het volgende biertje al onderweg was. Gretig als een malle tikte ik de drankjes weg, alsof mijn leven ervan af hing. Alcohol drinken deed ik om lam te worden, voor minder deed ik het niet. Half bezopen was voor mij een gebrek aan doorzettingsvermogen en waar vreten zit kan geen drank, dus at ik niks of weinig op de dagen als ik dronk, om ook het maximale effect van de alcohol te voelen. Ik zette alles op alles om de roes zo intens mogelijk te laten zijn, keer op keer.
Mijn reactie op alcohol was daarnaast ook duivels te noemen. Waar ik van nature een rustige, sociale en respectvolle jongeman was, veranderde ik door de alcohol in een ongeleid projectiel. De normen en waarden die ik had, verdwenen als sneeuw voor de zon. Ik schoot scheldkanonnades af op de meeste onschuldige mensen. Dit vooral om de lachers op mijn hand te krijgen. Ik werd gewoon een heel naar mannetje. Agressief vuurde ik de woorden op mensen af, die ik had uitgekozen om kapot te maken. Een dag later was ik alles grotendeels kwijt. Enorme zwarte gaten. Zelfs als mij dingen verteld werden door anderen, moest ik vaak mijn schouders ophalen. Ik wist het niet meer.
Wat ik nu wel weet is dat ik naar dit nare mannetje nooit meer terug wil. Deze persoonlijkheid heeft niets met mij en met herstel te maken, laat staan met liefde en respect. Het is de verpersoonlijking van verslaving. Mijn alter ego wat nu slaapt, maar wat nog steeds naar openingen zoekt om de overhand weer te krijgen. Daarom moet ik hier nog steeds iedere dag aan werken, om hem slapende te houden. Om de herinneringen van deze zelfdestructieve terrorist levend te houden. Ik heb geen alcohol meer nodig om een leegte op te vullen of om me niet meer eenzaam te voelen. Alcohol hoeft mijn leven geen kleur of inhoud meer te geven, het is zonder juist kleurrijker en heeft meer inhoud dan ik ooit zou kunnen bedenken.
Een zeer herkenbaar verhaal! En voor velen onder ons.
Zijn we niet allemaal verlaafd? Alcohol, smartphone, geld, gokken.. allemaal bang om de leegte te voelen die ontstond toen we een persoonlijkheid gingen aannemen?
Dapper van je om je zo kwetsbaar en tegelijkertijd oerkracht te uiten